Toen was daar weer een marathon. Een speciale editie vanwege de 50e Midwintermarathon. Een die heuvelachtig zou zijn, met veel onverharde stukken en 900m mul zand. Geen snelle marathon, maar wel een hele mooie.

Wedstrijdverslag: De Midwintermarathon in Apeldoorn
De dag van de Midwinter Marathon in Apeldoorn begon met een ongewoon goed gevoel van vertrouwen. Vol adrenaline en met een solide voorbereiding achter de rug, was ik ervan overtuigd dat ik op dit prachtige parcours onder de 3 uur zou finishen. Mijn trainingen hadden me in topvorm gebracht en ik voelde me sterker dan ooit tevoren.
De start van de marathon verliep zoals ik het me had ingebeeld. Ik positioneerde me vooraan, vastbesloten om mijn eigen tempo aan te houden. Al na een kilometer bevond ik me in de kopgroep. Wat een geweldig gevoel om in mijn eigen stad, Apeldoorn, de leiding te nemen! De sfeer was ontspannen en alles voelde goed.
Na 3 kilometer, bij een stuk dat hard naar beneden liep, liet ik de zwaartekracht zijn werk doen. De lange passen gaven me een extra duwtje en plotseling liep ik aan de kop van de marathon. Zwaaiend naar de toeschouwers voelde ik dat dit wel eens mijn dag kon worden. Als leider van de wedstrijd begon ik de steile beklimming op 5 kilometer. Met een lichte cadans en zonder al te veel energie te verliezen, werkte ik me naar boven, waar een mede-loper zich bij me voegde. Samen kletsten we de 5 kilometer die volgden over onze gezamenlijke passie: hardlopen.
Na de eerste 10 kilometer besloot ik iets gas terug te nemen. Ondanks het goede gevoel besefte ik dat mijn tempo aan de hoge kant was. Eerlijk gezegd had ik dat al na 3 kilometer moeten inzien, maar het gevoel was te fijn om te negeren. Afscheid nemend van mijn mede-koploper schroefde ik mijn snelheid iets terug, hopend mijn nieuwe ritme te vinden. Wat later bleek, was dit een beslissing die ik beter eerder had kunnen nemen.
Na een reeks onverharde ondergrond met heuvels, keren en draaien kwam ik bij het zware stuk van de marathon. Een flink stuk onverhard over gras en zand, gevolgd door de uitdagende 900 meter mul zand op het Kootwijkerzand. Daar lag de focus op cadans en voetplaatsing; tempo was van ondergeschikt belang. Hier moest ik mijn energie niet gaan verliezen. Het lopen in het mul zand bleek zwaarder dan verwacht, een eerste indicatie van mijn lichaam dat ik te voortvarend was gestart.
Bij Radio Kootwijk voelde ik de vermoeidheid snel opkomen. Gelukkig was daar mijn goede vriend Sjoerd, die me de komende 5 kilometer begeleidde. Zijn aanmoedigingen zorgden voor de juiste afleiding om nog even op tempo door te gaan. Maar toen ik alleen verder moest, begon mijn lichaam en mijn hoofd zich tegen me te keren. Mijn maag gaf signalen en de energie in mijn benen leek te verdwijnen. Ik besloot terug te schakelen naar mijn duurlooptempo, hopend op een hernieuwde energieboost, maar dat gebeurde niet.
Na 27 kilometer werd het echt een uitdaging. De gels die ik had ingenomen voor een energieboost kwamen er weer uit. En als de energie die je zo hard nodig hebt om een zware periode te doorstaan niet meer in je lichaam zit, slaat de man met de hamer genadeloos toe.
Ik baalde enorm dat deze mooie dag, mijn dag, zo eindigde. Toen mijn coach, Gert Jan, mij zag aankomen, wist hij meteen dat het niet lekker ging. Vol enthousiasme coachte hij me kilometer na kilometer voort, ondanks dat ik zwalkend, spugend en wandelend de kilometers voorbij liep. Ondanks zijn bemoedigende woorden kreeg ik mezelf niet mentaal op de rit. Ik was gefrustreerd; alles deed zeer, mijn maag voelde niet goed en ik klaagde veel.
Maar ik ging door. Ik moest doorgaan, want aan de finish van de Midwintermarathon stonden mijn kinderen en vrouw. Voor hen wilde ik uitlopen. Ze trots maken werd mijn doel. Bovendien wist ik dat ik enorm zou balen als ik zou uitstappen. Dat had ik ooit eerder gedaan, en dat spijt me nog steeds.
In de laatste kilometers kwamen lopers me voorbij, en wat zagen zij er fris uit! Hun energie en ritme waren inspirerend, en ik wenste dat ik zo kon lopen in die laatste 10 kilometer.
En daar was het dan, het 41 kilometerpunt. De laatste kilometer. Een klein beetje energie kwam terug. Nog maar 1 kilometer. 1 kilometer afzien, maar wel heuvelafwaarts. Dat viel vast mee, toch? Terwijl de muziek van de speaker door de lucht galmde, baande ik me een weg naar de finish. Toen ik de finishboog op de atletiekbaan opdraaide, zag ik mijn gezin staan. Met tranen in mijn ogen gaf ik ze een dikke knuffel. Eerst dat, want daar had ik de afgelopen 15 kilometer voor gelopen, daarna over de finish.
Met een tijd van 3:06 minuten was het een heel acceptabele tijd voor deze marathon, vooral gezien de omstandigheden.
Er zijn zeker punten waar ik trots op ben en ook veel van kan leren:
Trotspunten
- De marathon succesvol uitgelopen.
- Mijn goede vorm geprobeerd om te zetten in een bijzondere prestatie.
- Mentaal volgehouden, zelfs toen het zwaar werd.
Leerpunten
- Energiebeheer is cruciaal. Mijn ambitie was te groot. Als ik was gestart met een tempo van 4:00 of zelfs 4:05 per kilometer, had ik wellicht verder gekomen met meer energie.
- Vertrouwen in mijn plan is essentieel. Hoewel mijn plan goed was, heb ik me er niet aan gehouden. Het terugschroeven van het tempo kwam te laat.
- Mijn eetpatroon moet onder de loep genomen worden. De twee dagen voor en op de dag van de marathon at ik witbrood, wat ik normaal nooit doe. Tijdens de volgende marathon en ultra ga ik bij mijn gebruikelijke voeding blijven.
Conclusie
Uiteindelijk kijk ik met veel voldoening terug op deze marathon in Apeldoorn. Het was een leerzame ervaring en ik heb ervan genoten. Ik ben vastbesloten om de volgende keer de puzzel van de marathon nog beter te leggen. Fouten zijn leermomenten, en met de training die ik heb gedaan, kijk ik vol vertrouwen uit naar mijn volgende uitdaging in het hardlopen.


Reactie plaatsen
Reacties